home  -  tijd in BEeld  -  bibliografie  -  werken  -  feuilleton  -  nieuwsbrief  -  de media  -  zeijlstra  -  zeerust  -  diversen

gepubliceerd op 16/10/2004
laatste wijziging 19/10/2022
reacties en suggesties: e-mail naar simon kuipers  
Terug naar de
vorige pagina

6 april 1993

'Bob Evers; 50 jaar held'
door Ton de Visser

De jeugdserie Bob Evers bestaat vijftig jaar. Een halve eeuw lang is de reeks jongensboeken door de kritiek of genegeerd of genadeloos neergesabeld. Het succes van de boeken was er niet minder om: eind dit jaar hoopt de uitgever het 5 miljoenste exemplaar te slijten en zal tevens deel 40 het licht zien. Hoe komt het dat Bob Evers nu al drie generaties weet te boeien? Modern Leven sprak met Peter de Zwaan-die de serie na de dood van de omstreden schrijver Willy van der Heide voortzette- en met de echte liefhebbers.

ENSCHEDE - De dromen van de broertjes Hans en Ton Kleppe liggen verschanst op zolder, goed beschermd tegen de grijze realiteit van alledag. Het is een ruimte die vroeger als 'jongenskamertje' zou zijn betiteld. Terwijl Hans (40) een dubbeltje in de gleuf van de jukebox werpt, loopt Ton (48) naar een overbelaste boekenplank. "Daar staan ze dan", zegt hij eenvoudig.

Verdere woorden zijn overbodig. Negenendertig boeken - de oudjes nog met hun welriekende stof-omslag, de pockets in hun gele jasje met rooie rug. Met veel moeite onderdrukken we de neiging alle ruggen even te aaien. Niemand spreekt, de ademhaling gaat zwaar. Zo moet Howard Carter erbij gestaan hebben, toen hij de graftombe van Toetanchamon ontdekte.

Ton Kleppe was elluf, toen hij Bob Evers ontdekte. Er viel uit een schap in de bibliotheek een boek op zijn hoofd, zo gaan die dingen. Hij verslond de verhalen, zoals iederéen leek te doen die toentertijd in Dordt een korte broek met gulp droeg. "De Bob Evers-boeken waren constant uitgeleend, dus je las wat je te pakken kon krijgen, in willekeurige volgorde. Gewoonlijk liep éen verhaal twee of drie boeken door, zodat je de strekking ervan goed moest onthouden. Tot je het volgende nummer op de kop kon tikken.

Menselijk

"Waarom iedereen die boeken las? Pfff. Alle verklaringen heb ik pas achteraf bedacht, zulke dingen vraag je je niet af als kind. Je kon jezelf in Bob Evers en zijn kornuiten - de pietluttige Jan Prins en de dikke Arie Roos - herkennen. Ze waren menselijk, niet zo weerzinwekkend braaf als andere romanfiguren. Ze deden waarvan wij droomden. Ze reden in Amerikaanse auto's, hadden altijd geld op zak, waren nergens aan gebonden en reisden de aardbol rond. Plus dat gekke taalgebruik en die bizarre humor, hè. Ik ben die boeken tot mijn twintigste blijven lezen. Want hoe gaan die dingen? Je groeit op, maakt carrière en je verraadt en vergeet je helden uit je jeugd. Maar zes jaar geleden stuitten Hans en ik op een rommelmarkt weer op die boekjes."

Hans: "En toen is het uit de hand gelopen. Ton en ik zijn nu op het punt beland dat we eigenlijk meer geïnteresseerd zijn in de schrijver dan in de boeken zelf. Onze activiteiten beperken zich hoofdzakelijk tot onderzoek naar auteur Willy van der Heide. Het leven van die man is zeker zo mysterieus als zijn boeken."

En net zo omstreden. W.H.M. van den Hout (1915-1985) alias Willy van der Heide alias Sylvia Sillevis (voor de meisjesboeken), alias Willem W. Waterman. Door journalist Martin van Amerongen ooit omschreven als "een stuk burengerucht op alcoholbasis'. En een man die vanwege zijn bijdragen aan het foute orgaan De Gil na de oorlog 10 jaar lang zijn vak als journalist niet uit mocht oefenen. Juist in die periode werd de Bob Evers-serie waanzinnig populair.

Van der Heide heeft ooit zijn eigen lezing van de collaboratie gegeven. Een relaas dat er op neerkwam dat hij in de oorlog als dubbel-agent had gefungeerd. Het betoog had veel weg van een avonturenroman. Op school had hij niet voor niets een bijnaam: De Fantast.

Ton Kleppe: "Van der Heide was als de helden in zijn boeken: eerst een heleboel problemen creëren en dan met een geniale oplossing de zaak in het reine trachten te brengen. In de boeken ging hem dat beter af dan in de realiteit. Hij maakte met iedereen ruzie. Zo schreef hij uitgever Coen van der Linden: U bent een kluns en een lafaard en ik leg het niet meer bij. De volgende dag zat hij met hem in de kroeg. Zo'n man was het. Als ik Van der Heide moet omschrijven, zou ik zeggen: zuipschuit, levensgenieter, practical joker, mysticus. Maar het beeld is nog steeds niet compleet."

Nieuwsbrief

Hun bevindingen bundelden de broers in een lijvig document, dat nog op een uitgever wacht. Tevens verzorgt het duo twee keer per jaar een nieuwsbrief over Bob Evers, ten behoeve van de echte liefhebbers. Hans: "Hun aantal loopt in de duizenden, maar we bereiken lang niet iedereen. Sommigen weten domweg niet dat de serie nà deel 32 gewoon is voortgezet."

Halverwege deel 33 kreeg Van der Heide weer eens bonje met zijn uitgever. Over de centjes ditmaal. Weliswaar schreef hij voor een andere uitgeverij nog de delen 34 en 35, maar 33 (Een Zeegevecht met Watervrees) bleef onvoltooid. Evenals deel 36, Kloppartijen in een Koelhuis. Peter de Zwaan - chef kunstredactie bij het dagblad Tubantia - werd, drie jaar na de dood van Van der Heide, benaderd door uitgeverij De Eekhoorn.

"Ik schreef zelf kinderboeken en had ooit een poging gewaagd Van der Heide en De Eekhoorn met elkaar te verzoenen. Uitgever Stan Willemze komt naar mij toe en zegt: "Ik heb al twintig jaar dat manuscript in de kluis liggen, zou jij eens een poging willen wagen het af te maken?' Ik zeg: Stan, het gaat wel om een half boek, hoor. Willy is na die ruzie pardoes gestopt, middenin een hoofdstuk, middenin een zin. Achteraf zou ik ook niet meer weten waar hij is opgehouden en ik ben begonnen. Na afloop heb ik een zoon en een zus van Van der Heide gevraagd hoe ze het vonden. Ze waren enthousiast. Was hun oordeel negatief geweest, dan zou het bij die ene poging zijn gebleven."

"Natuurlijk schrijf ik in de geest van Willy van der Heide, maar wel met een eigen stijl. Met een oog voor rare situaties en met zinnen die net een beetje uit het lood geslagen zijn. Wat nu een typische Bob Evers-zin is? Eeeehhh, 'ns denken: Dat is een stier-starnakel goed idee, zei Dikke Arie. Of: O, ras toelba, kreet hij uit. Hele series van die zinnen kende ik als kind uit mijn hoofd.

"Willy van der Heide woonde, net als ik, in Meppel. Hij schreef het gros van die boekjes in de gelagkamer van Hotel Ogterop. Dat lag schuin tegenover de uitgeverij, dan hadden ze tenminste nog een béétje zicht op wat-ie uitspookte. En wij fietsten daar elke dag langs! Dan wierpen we een blik naar binnen en daar zat-ie in levenden lijve aan een tafeltje: de geestelijke vader van onze held! Dat gaf een onbeschrijfelijk gevoel, zoals je dat als volwassene te weinig meemaakt.

"Ik las die boeken puur voor mijn lol, zoals ik ze nu puur voor mijn lol schrijf. En wat die kritiek betreft: recensenten hebben altijd hun neus opgehaald voor Bob Evers, nu nog. Wat ik daarvan vind? Ik vind daar niks van. Natúurlijk zijn die boeken pedagogisch niet verantwoord en, inderdaad, de helden maken geen ontwikkeling als mens door. Gelukkig niet, zou ik willen zeggen.

"Waarom zou Bob Evers in de jaren zestig ineens in een Vietnam-demonstratie moeten meelopen? Bob bleef gewoon avonturen beleven en kinderen bleven die avonturen gewoon lezen. Het enge van het kinderboek is natuurlijk dat die wereld geregeerd wordt door volwassenen. Volwassenen schrijven die boeken, recenseren ze en kopen ze. In de kranten worden de pedagogisch verantwoorde boekjes gerecenseerd, de Lemniscaat-boekjes of boeken die genomineerd zijn voor De Gouden Griffel. Dat ziet zo'n ouder en die koopt dat prompt. "Hier, lees dit. Da's goed voor je, dat hebben wij als volwassenen voor je bepaald'. Ik word daar niet goed van.

Bibliotheken

"Nog steeds zijn er bibliotheken die Bob Evers niet in huis halen. Uit pedagogisch oogpunt en omdat men op het genre neerkijkt. Nou, je mag er best op neerkijken, als je maar beseft dat het een fantastisch opstapje voor een kind is om daadwerkelijk in lezen geïnteresseerd te raken. Je vangt op die manier je toekomstige lezerspubliek. Zo ben ik ook begonnen! Daarom staat het hier nu zo vol met boeken."

In de loop van het jaar komt dus deel 40 uit. Schermutseling bij een Zandafgraving, een typische Bob Evers-titel. En het zal weer goed verkopen, dat staat nu al vast. Peter de Zwaan: "Eigenlijk is dat gek, want de 12-jarige van nu lijkt in niets op de 12-jarige van toen. Maar blijkbaar vertegenwoordigt het trio Bob Evers, Jan Prins en Arie Roos universele waarden die van alle tijden zijn. Actie, avontuur, humor. Maar, ik geef toe: dit is geen afdoende verklaring dat Bob Evers, zonder dat hij veel is veranderd, gedurende een halve eeuw alles en iedereen heeft overleefd. Om je de waarheid te zeggen: Ik mag doodvallen als ik weet waarom.

"Misschien is zijn kracht wel dat hij niet moraliseert. Nergens in de boeken wordt het vingertje opgeheven. Kinderen houden niet van opgestoken vingertjes. Kinderen krijgen van hun ouders op hun donder, kinderen krijgen van hun leraar op hun donder, die willen ook niet nog eens van een schrijver op hun donder krijgen. Zo van: 'Jij mag de persoon die je het leven zuur maakt niet op zijn smoel slaan'. Nou, van Bob Evers màg het!"

Uitgeverij De Eekhoorn, 055-414644; Hans en Ton Kleppe: Grondmolen 20, 3352 CA Papendrecht.

Copyright: Visser, Ton de